dinsdag 5 maart 2019

Eurofracties: de turbulente geschiedenis van de Europese Volkspartij

Europese fracties en politieke partijen brengen nationale politieke partijen bij elkaar die een gemeenschappelijke agenda delen. In het Europees Parlement is het een vereiste dat een fractie volksvertegenwoordigers uit minstens zeven lidstaten bij elkaar brengt.


De Europese Volkspartij is oorspronkelijk een familie van christendemocratische partijen. Omdat er in sommige lidstaten geen christendemocratische partijen zijn, werd daar gezocht naar bevriende partijen. Het was van belang voor de fractie in het Europees Parlement om zich als de grootste fractie te blijven profileren en draagvlak te organiseren in alle lidstaten. En andersom was het aantrekkelijk voor partijen zonder Europese familie om zich bij de grootste fractie aan te sluiten. Aldus traden zeer verschillende rechtse partijen toe, van de Franse gaullisten tot de Britse conservatieven. Dat gebeurde vooral onder de druk van de Duitse CDU-CSU, een dubbelpartij die in de regel wat rechtser is dan de Nederlandse en Belgische christendemocraten.

Dat gaf vaak wrijving omdat partijen die deel uitmaken van de EVP nogal diverse standpunten hebben over economische, sociale en culturele zaken. Bovendien is de EVP historisch de grootste voorvechter van de Europese eenwording, inclusief de extreme optie van de EU als federatie. Dat zat de Britse Eurosceptische Conservatieven niet lekker. Om die reden besloot de nieuwe leider van de Britse Conservatieven, David Cameron, in 2005 om uit de fractie te stappen. Pas na de verkiezingen van 2009 werd een nieuwe fractie opgericht: de Europese Conservatieven en Hervormers. Twee Britse Conservatieven zijn overigens in 2018 terug overgestapt naar de EVP nadat ze berispt waren omdat ze zich in een stemming over de Brexit niet aan de partijdiscipline hadden gehouden. Zo is er in de grootste Eurofractie altijd wel iets te beleven.

Virginie Mamadouh